Deel 2 thema: 'Vorstelijke merkwaardigheden'
In dit deel: de Oranjes en ongelukken, De snelheidsovertreders binnen de Koninklijke Familie, De titels van de Koningin en de Engelse nationaliteit die van de Koningin had kunnen zijn.
De Oranjes en ongelukken
Prins Johan Willem Friso * 4 augustus 1687 + 14 juli 1711( verdronken), Vorst van Nassau-Dietz (1696-1711), Prins van Oranje (1702-1711), stadhouder van Friesland (1707-1711) en Groningen (1708-1711), was de oudste zoon van Hendrik Casimir II van Nassau-Dietz en Henriëtte Amalia van Anhalt-Dessau. Bij het overlijden van zijn vader in 1696 werd hij vorst van Nassau-Dietz en tot stadhouder benoemd van de gewesten Friesland en Groningen. Zijn moeder trad op als regentes tot 1707. Toen nam Johan Willem Friso de functie van stadhouder van Friesland daadwerkelijk op zich, en in 1708, toen hij meerderjarig werd tevens het stadhouderschap van Groningen. Als enige erfgenaam van zijn verre neef stadhouder Willem III, die in 1702 overleed, erfde hij de titel Prins van Oranje. Echter, direct na het openvallen van het testament, maakten ook de Fransman Frans Lodewijk van Conti en Frederik I van Pruisen aanspraak op de titel Prins van Oranje. In 1711 werd besloten de erfeniskwestie in Den Haag te bespreken. Op weg naar Den Haag i.v.m. een bespreking met zijn rivaal voor de titel, Frederik van Pruisen, over de erfenis verdronk de 23-jarige Johan Willem Friso op 14 juli 1711 bij de oversteek van Moerdijk naar Strijensas over het Hollandsch Diep.
Prins Bernhard heeft vele operaties moeten ondergaan, niet alleen tijdens zijn huwelijk met Juliana, maar ook tijdens zijn jeugdjaren. Deze volgen hier op een rij:
1913: de prins is dan 1 ½ jaar oud en moet een spoedoperatie ondergaan in zijn ouderlijk huis.
1929: wordt kort voor zijn eindexamen ernstig ziek (Longontsteking); doet hierdoor 3 maanden later eindexamen.
1930: naar de universiteit van München; andermaal ernstig ziek (wederom longontsteking) en denkt zelf te sterven
1937: betrokken bij een ernstig ongeval in Diemen. (beschrijving hiervan lees je hieronder)
1947 Prins Bernhard botst in Londen op een vrachtwagen.
1954 Prins Bernhard slaat bij Gouda met zijn Ford Lincoln over de kop.
1982: ondergaat een spoedoperatie
1985: kan in verband met een chirurgische ingreep niet deelnemen aan allerlei Bevrijdings Herdenkingen.
In 1937 was Prins Bernhard betrokken bij een ernstig auto-ongeluk op de Rijksweg Amsterdam - Baarn (bij Diemen). Maandagmorgen 29 november 1937. Met grote snelheid botst een Ford Lincoln tegen de achterkant van de truck. De personenwagen moet zeker 90 kilometer per uur hebben gereden, maar misschien wel meer dan 150, aldus onderzoek. De twee inzittenden zitten klem. Toegesnelde omstanders weten de mannen met veel moeite uit de auto te trekken. De chauffeur en de bijrijder van de personenauto zijn zwaargewond. De consternatie is groot als blijkt dat de twee mannen prins Bernhard en zijn jachtopziener zijn. De prins was op weg naar een jachtpartij in het westen van Nederland. Vooral de prins -hij zat achter het stuur- is er slecht aan toe. Hij bloedt hevig uit een hoofdwond. Aanvankelijk staat hij nog op zijn benen, maar al snel gaat hij liggen. Artsen worden gewaarschuwd en laten een Amsterdamse chirurg naar de plek van het ongeval komen.
Met spoed wordt de prins overgebracht naar het Burgerziekenhuis in de hoofdstad. Daar blijkt dat hij een schedelbasisfractuur heeft, en verder gebroken ribben, een hersenschudding, een oogbeschadiging en diverse andere verwondingen. De prins raakt regelmatig buiten bewustzijn. De artsen vechten voor zijn leven. Hem opereren durven ze niet, omdat de toestand van de prins zeer zorgelijk is. De mensen rond prins Bernhard zitten met nog een probleem. Hoe vertellen zij het aan de hoogzwangere prinses Juliana? Zal zij de schok aankunnen? Koningin Wilhelmina wordt daarom als eerste ingelicht. Zij reist direct af naar het ziekenhuis. Van daaruit brengt zij haar dochter via de telefoon op de hoogte.
Foto van de kapotte auto http://www.nieuwsdossier.nl/image/4dd9695988157166dad9982dfeab0f0d.jpg?w=200&h=283
De onrust onder de bevolking stijgt als blijkt dat de koningin en prinses Juliana hun intrek hebben genomen in het Amsterdamse ziekenhuis. Het wakkert de geruchten aan dat de prins stervende is. Zo erg is het in werkelijkheid niet. Erg positief getoonzette verklaringen van het hof moeten het beeld daarom bijstellen. Na zes weken halen veel Nederlanders opgelucht adem. De prins mag naar huis, naar Paleis Soestdijk. In 1954 werd de prins door een vrachtwagen geraakt waardoor zijn auto ondersteboven in de middenberm terecht kwam. Het ongeluk in Diemen zou de prins echter het grootste deel van zijn leven achtervolgen. Sinds het voorval kampte hij met ernstige rugpijnen. Pas in de jaren vijftig ontdekten de artsen dat ook enkele nekwervels als gevolg van de klap waren beschadigd.
1965 Prinses Margriet betrokken bij een slippartij nabij Bodegraven.
1967 Mr. Pieter van Vollenhoven rijdt in op een file.
1973 Prins Bernhard botst in Italië op een Autobianchi.
1983 Koningin Beatrix veroorzaakt in Italië een aanrijding.
In 1983 raken prinses Margriet en mr. Pieter van Vollenhoven met hun 2 jongste zonen betrokken bij een auto-ongeluk in Oostenrijk waarbij een dode viel, de 23 jarige Jurgen Bienert. Zijn vriendin overleefde het ongeval. Dit ongeval maakt tot op de dag van vandaag nog diepe indruk op het echtpaar.
Brokken blijven ook onder de jonge generatie Oranjes niet uit. De prins studeert dan in Leiden, als hij in 1988 met zijn donderblauwe Ford Sierra op de Plesmanlaan in Leiden uit de bocht schoot en in een sloot belandde. Toen het gehavende wrak uit het water werd getakeld, werd duidelijk dat het ongeluk zich niet had voltrokken bij een snelheid van vijftig kilometer per uur. 'Het leek wel een lancering', vertelden ooggetuigen. Meteen waren er geruchten over drankmisbruik van Willem-Alexander, die destijds ook wel gezellig als Prins Pils werd aangeduid.
Foto auto van W-A in de sloot..: http://www.refdag.nl/media/foto/2007/46573-a.jpg
In 1995 raakt de prins -buiten zijn schuld- betrokken bij een ongeluk op de Duitse autobaan. Vanwege een slippende auto naast hem is de prins gedwongen uit te wijken. Hij belandt met zijn Volvo boven op de vangrail. Uit alles blijkt dat de snelheid waarmee de prins reed hoog was, maar dat mag in Duitsland. Een woordvoerder van de Duitse politie verklaart dat het ongeluk veel ergere gevolgen voor de prins had kunnen hebben, als hij niet over zo’n degelijke auto had beschikt. Het ongeval krijgt veel aandacht, omdat de prins niet alleen in de stationwagen zit, maar met een vriendin, Emily Bremers. Na een uitwijkmanoeuvre met zijn Volvo belandt Prins Willem Alexander in 1995 boven op een vangrail van de Duitse autobaan. De prins en zijn vriendin moeten de auto verlaten via de achterklep.
Foto flinke schade aan auto: http://www.refdag.nl/media/foto/2007/46574-a.jpg
Prinses Máxima heeft inmiddels ook ’ervaring’ als het om aanrijdingen gaat. Bij het verlaten van de uitrit van Paleis Huis ten Bosch op 18 oktober 2001 komt haar auto in botsing met die van een slager uit Wassenaar. Een reeks rechtszaken volgt. De prinses hoeft uiteindelijk maar een kwart van de schade aan de auto van de slager betalen. De rechtbank in Den Haag heeft haar op 2 juli 2003 prinses Maxima veroordeeld tot vergoeding van 25% van de schade, terwijl de andere automobilist 75% van zijn schade voor zijn eigen rekening moet nemen.
Ook prins Pieter-Christiaan maakte nog flinke brokken, maar dat was op het racecircuit. Net als zijn broer prins Bernhard houdt hij van snelle auto’s. Op paasmaandag -april 2007- deed de zoon van prinses Margriet mee aan een race op het circuit van Zandvoort. Hoe de botsing precies gebeurde, is onduidelijk. In een bocht raakte de auto van de prins -een BMW- de racewagen van een andere deelnemer. Deze vloog daarop enkele keren over de kop. Het voertuig van de prins zat aan de voorzijde in de kreukels en had een krom voorwiel. Er vielen geen gewonden. De prins weet het ongeluk aan de speciale banden, die nat waren geworden, doordat hij kort voor het ongeluk even van de baan raakte en door het gras moest rijden.
Oranje overtredingen in het verkeer:
Prins Johan Friso ( toen tweeëndertig jaar), de tweede zoon van Beatrix en Claus en ook tweede in de lijn van troonopvolging, werd in 1990 door de politie betrapt op een flinke snelheidsovertreding (200km) toen hij een testritje maakte in een rode Ferrari F40 in het gezelschap van importeur Kroyman, bij Almere.
Prins Maurits , reed in 1991 in de BMW 323-injectie van zijn moeder op hoge snelheid door de bebouwde kom van Apeldoorn. Eerder dat jaar werd Van Vollenhoven zelf namelijk geflitst met een snelheid van 160 kilometer
2001 Prins Constantijn rijdt 165 kilometer per uur op de rondweg A10 bij Amsterdam, terwijl zijn hoogzwangere vrouw Laurentien naast hem zat. De prins moest zijn rijbewijs inleveren en prinses Laurentien moest verder rijden.
Op 1 september 2007 reed Prinses Annette, in het dorpje Uddel bij Apeldoorn met een snelheid van 115 km per uur terwijl daar de maximumsnelheid bedroeg van 80 km. Zij verloor daardoor haar rijbewijs en ze kreeg een boete van 780 euro. Ontzegging van de rijbevoegdheid is voor de prinses 'rampzalig', aldus de raadsman. Om veiligheidsredenen kan ze niet van het openbaar vervoer gebruik maken en met haar twee jonge kinderen kan ze dus niet eens opa en oma bezoeken: "Dat betekent volledig isolement in de eigen woning." Nog moeilijker maakt haar medische toestand het, zei hij. "Niet als excuus, ze wilde het liever later bekend maken, maar zij is drie maanden zwanger. Ze kan niet eens haar eigen verloskundige bezoeken, buiten haar woonplaats Amsterdam. Haar echtgenoot is twee keer per maand in het buitenland. Zij staat er dan alleen voor."
De smeekbede vond gehoor: vier maanden ontzegging van de rijbevoegdheid, waarvan drie maanden en twee weken voorwaardelijk en een boete van 780 euro. Omdat het incident twee weken geleden plaatsvond, zit haar onvoorwaardelijke straf er al op. Dit bericht werd bekend gemaakt op 14 september 2007, de dag dat bekend wordt gemaakt dat de prinses in verwachting is van haar 3e kind.
De Engelse nationaliteit:
Door haar afstammeling van Sophia, Keurvorstin van Hannover, kon men de Britse Staatsburgerschap claimen. Haar Britse Nationaliteit zou dan ook gebasseerd zijn op 'The Act for the Naturalization of the Most Excellent Princess Sophia, Electress and Duchess Dowager of Hanover, and the Issue of her Body' van 1705. Deze wet werd vervangen in 1948 en is niet langer van kracht”. Koningin Beatrix is echter geboren in 1938. Zij heeft deze claim nooit doen gelden. Echter, Jessurun d'Oliveira, oud-hoogleraar migratierecht, is van een andere mening. Hij beweert dat Wilhelmina, Juliana en Beatrix een dubbele nationaliteit hebben/hadden.
Bij de parlementaire behandeling van de wet op het koninklijk huis in 1985 is de kwestie van de meervoudige nationaliteit al aan de orde geweest. Op vragen van de VVD daarover antwoordde de regering: ‘Het bezit van meerdere nationaliteiten behoeft op zichzelf geen belemmering te zijn voor het lidmaatschap.’ Toch voorzag zij wel moeilijkheden. De regering vond dat van geval van geval moest worden bekeken of een lid van het koninklijk huis kan behoren tot een ander regerend vorstenhuis. Daar kan een conflict van plichten optreden, en dan moet door de betrokkene een keuze worden gedaan. Hoe dat zijn beslag moet krijgen wordt in de wet niet uit de doeken gedaan. Een expliciete regeling vond men niet prettig. Staat dus buiten kijf dat leden van het koninklijk huis meer nationaliteiten mogen bezitten, dan komt nu de vraag aan de orde of dat ook in werkelijkheid het geval is. Aangetoond wordt hier dat in elk geval de koninginnen Wilhelmina, Juliana en Beatrix naast de Nederlandse ook de Britse nationaliteit bezitten of bezaten. Hoe komen zij daaraan?
Nadat Willem III, onze Koning-Stadhouder op de Engelse troon, kinderloos was overleden, evenals zijn vooroverleden echtgenote Mary Stuart II, kwam volgens de Act of Settlement van 1700 de troon in handen van Anna van Denemarken, Queen Anne, de schoonzuster van Willem III. Toen ook deze Anna kinderloos dreigde te overlijden – haar zoontje, de Duke of Gloucester was in 1700 bezweken - moest haar opvolging uit een andere tak geregeld worden. Zo werd in 1705 vastgelegd bij wet dat dan de beurt was aan prinses Sophie, keurvorstin van Hannover ( 1630-1714) die de protestantse kleindochter was van de katholieke koning Jacobus I. De opvolging werd vergemakkelijkt door haar naturalisatie in de vorm van de fictie dat zij in Engeland geboren zou zijn: geboorte in Engeland bracht de Britse nationaliteit met zich. Men vond het toen ook al prettiger als de troon werd bezet door mensen die de nationaliteit van het land bezaten. Niet alleen Keurvorstin Sophie werd in deze wet genaturaliseerd, maar ook en vooral ‘the Issue of her Body’, voor zover deze protestants waren. Even later wordt er ook gesproken over ‘all Persons lineally descending from her, born or hereafter to be born’ die door deze wet worden genaturaliseerd. Met andere woorden: afstammelingen van Sophie zijn Brits. Zo komt in de persoon van George I het huis Hannover - tijdens de Eerste Wereldoorlog om voor de hand liggende redenen omgedoopt in Windsor - in 1714 op de Engelse troon. Is het nu werkelijk zo dat een naturalisatiewetje van op de kop af 300 jaar geleden alle kroost uit het lijf van Sophie tot Britse subjects heeft gemaakt? Vast staat dat het wetje uitdrukkelijk is afgeschaft in 1948, toen een nieuwe British Nationality Act werd ingevoerd. Wie vóór die datum Brits was, bleef dat ook. Daarmee blijven er twee vragen over. Wie hebben er van deze wet mogen profiteren: alleen de eigen kinderen van Sophie, of ook de kinderen en kindskinderen van haar, mits geboren voór 1948. En minstens zo belangrijk: zijn ook onze drie koninginnen afstammelingen van Sophie?
De eerste van deze vragen is rechtstreeks beantwoord door het House of Lords in een uitspraak van een jaar of vijftig geleden. De Law Lords moesten de naturalisatiewet interpreteren voor wat betreft de keten van generaties die daarin tot British subject werden gebombardeerd. Aanleiding was een verzoek van de in 1914 geboren prins Ernst van Hannover om erkend te worden als Brits onderdaan op grond van het wetje van 1705. De prins had de Britse nationaliteit nodig om in aanmerking te komen voor naoorlogse herstelbetalingen die hij niet zou ontvangen als Duitser. Hij was de achterachterkleinzoon van Ernst August, Hertog van Cumberland, die weer een zoon was van George III. Deze laatste had de troon van Hannover bestegen toen Victoria in 1837 de Engelse troon ging bezetten. In eerste aanleg was zijn claim afgewezen, omdat de ruime interpretatie van zo’n archaïsch wetje die meebracht dat talloze afstammelingen tot in het zoveelste geslacht Brits waren, toch door de makers niet gewild kon zijn. Ook de Attorney-General was van mening dat alleen die nakomelingen van Sophie bedoeld konden zijn die geboren waren bij het leven van Queen Anne en dat een beperkte uitleg geboden was om absurde resultaten te vermijden. Er waren, zo werd meegedeeld, in 1955 zo’n 400 personen die als rechtstreekse afstammelingen van Sophie de Britse nationaliteit konden claimen – onder wie een reeks van Europese vorsten. Er was bovendien nooit beroep op het wetje gedaan, dat dus kon worden beschouwd als in onbruik geraakt. Het Court of Appeal oordeelde daarentegen dat de gewone en ondubbelzinnige betekenis van de woorden in het wetje van 1705 geen andere uitleg toeliet dan dat alle afstammelingen in rechte lijn bedoeld waren, geboren voor 1948. Eventueel ongemak of absurditeit had kunnen leiden tot afschaffing van de wet, waarvan de bewoordingen duidelijk waren, aldus het Hof, en dat was nu eenmaal niet gebeurd. Dit oordeel werd in stand gehouden door de Law Lords, de hoogste Britse rechters. Zij waren allen van mening dat de woorden van de wet duidelijk genoeg waren, en in hun tijd ook niet absurd. ’However absurd we today may think an interpretation which would lead to most of the Royal families of Europe being British subjects, I cannot say that in 1705 there was such manifest absurdity as to entitle one to reject it.’ Aldus de Lord Chancellor, Burggraaf Simonds, de ‘geleerde vriend van de Wolbaal’ oftewel de voorzitter van het Hogerhuis, in zijn door de andere Law Lords gevolgde oordeel. In Engelse handboeken wordt deze uitspraak verwelkomd als een voorbeeld van juiste toepassing van de juridische interpretatieleer: als de woorden van het werkzame deel van een wet duidelijk zijn, moeten zij niet beperkt worden door de benaming van de wet of de considerans ervan. Naar Brits nationaliteitsrecht staat dus vast dat de wet zijn werking heeft uitgeoefend ten opzichte van alle nakomelingen in de rechte lijn van keurvorstin Sophie tot aan 1948. Wie langs deze weg de Britse nationaliteit had verworven, behield deze in principe ook na 1948.
Blijft over de vraag of onze koninginnen Wilhelmina, Juliana en Beatrix tot rechtstreekse nakomelingen gerekend moeten worden. Eén ding is zeker: zij zijn allen voor 1948 geboren. Maar dat niet alleen. Zij inderdaad rechtstreekse afstammelingen – zelfs langs meerdere lijnen - van koningin-moeder Sophie, de Hannoveriaanse keurvorstin. De volgende stamboom kan getekend worden. Willem IV (1711-1751), die uit de Friese tak van de Nassaus stamde (die van Nassau-Dietz), werd in het stadhouderloze tijdperk (1702-1747) eerst stadhouder van Friesland, en later ook stadhouder van Holland. Hij trouwde met Anna van Hannover (1709-1759), de dochter van de Engelse Hannoveriaanse koning George II. Deze was de zoon van George I, die - zoals we zagen - als eerste Hannoveriaan de Engelse troon bestegen had. Deze Anna van Hannover, vierde generatie British subject volgens de wet van 1705, is de moeder van Willem V (1748-1806) en dus grootmoeder van koning Willem I (1772-1843). De rest is duidelijk: Willem II en III zijn zoon en kleinzoon van Willem I; Wilhelmina. Juliana en Beatrix als kind, kleinkind en achterkleinkind van Willem III zijn in hun hoedanigheid van afstammelingen in rechte lijn eveneens geheid British subjects. Ter versteviging van deze vaststelling is er nog een tweede afstammingslijn. Die loopt via Koningin Moeder Regentes Emma, het late geluk van Willem III. Emma was de dochter van Helena, prinses van Waldeck-Pyrmont (1831-1888), die weer de dochter was van Paulina, hertogin van Nassau (1810-1856), de dochter van prins Paul van Württemberg (1785-1852). Deze prins Paul was de zoon van koningin Charlotte van Württemberg (1764-1788), die weer de dochter was van prinses Augusta, hertogin van Brunswijk-Wolfenbüttel ( 1737-1813), de dochter van Frederick, de prins van Wales, of de zoon van George II. Er zijn, for good measure, ook nog een derde en een vierde lijn. Die lopen via de moeder en de vrouw van koning Willem I: de beide Wilhelmina’s van Pruisen. De eerste Wilhelmina van Pruisen (1751-1820), vrouw van Willem V, was de dochter van August Wilhelm van Pruisen en Luise Amalie von Braunschweig-Bevern; haar vader was een kleinzoon van George I van Engeland. De tweede Wilhelmina (Mimi) van Pruisen (1774-1837) was een volle nicht van haar echtgenoot Willem I en een dochter van koning Friedrich Wilhelm II van Pruisen (1744-1797) weer een kind was van de zojuist genoemde August Wilhelm van Pruisen, de kleinzoon van George I, waarmee we weer thuis zijn. Hiermee is aangetoond dat er een vierdubbele rechtstreekse afstamming bestaat tussen onze laatste drie koninginnen en Sophie van Hannover die in 1705 genaturaliseerd werd. Dit geldt natuurlijk ook voor de voor 1948 geboren zusters van Beatrix. Zij zijn allen bij hun geboorte door afstamming van rechtswege British subject geworden en bezitten dus (naast de Nederlandse en eventuele andere nationaliteiten) de Britse nationaliteit. Dit geldt gelijkelijk voor Irene (1939), Margriet(1943) en Christina (1947). Hierbij is misschien ten overvloede aan te tekenen dat deze verkrijging in overeenstemming is met het basisbeginsel van het internationale nationaliteitsrecht, dat inhoudt dat elke staat bepaalt wie zijn staatsburgers zijn, en dat de andere staten de resultaten daarvan hebben te erkennen.
Met dank aan Anja, foto's: RVD
Hoi,
BeantwoordenVerwijderenLeuke website heb je. Hoe kom je aan die foto van Julia ten Cate aan de zijkant van je web-log? Ik heb hem nog nooit gezien.
Groeten,
Gertrude
@ gertrude : die foto kan je op internet vinden en het is een gewone baby niet Julia ten Cate
BeantwoordenVerwijderenHoe weet jij dat mevrouw Isabella?
BeantwoordenVerwijderenWow, hard rijden durven de Oranjes wel! Hihi, die agent op de achtergrond...leuk gedaan!
BeantwoordenVerwijderenWat een mooi logje is dit!:)
BeantwoordenVerwijderenU heeft het volgende een bericht op de website:
BeantwoordenVerwijderenMaxima ontvangt op 2 juni van Johan Cruyff het boek "De Middenstip".
Dit is aan de Pachtersdreef.
Kunt u ook zeggen hoe laat dat is?
Bij voorbaat hartelijk dank.
Wim van Herpen.